Het was zaterdag. Een dag na de operatie. Ik was brak, ziek en misselijk. Ik zag een flinke blauwe plek op mijn rechterhand. Ik moest denken hoe ik aan die blauwe plek was gekomen. En dat duurde even. Langzaam ging er een klein lampje aan. Kanker.
Ik. Heb. Kanker.
Langzaam ging er een klein lampje aan…
Hoe kan dat nou? Jaren terug gestopt met roken, drinken deed ik ook niet echt. Twee ons groenten, twee stuks fruit. Beweging had ik ook genoeg, want ik was al jaren huisman. Ik hield het hele huis steriel. Boodschappen op de fiets, want geen auto. En ik heb godverdomme kanker.
Het werd druk die middag. De hele familie (ooms en tantes) kwamen op bezoek. Die komen nooit, maar een neefje met kanker is natuurlijk fucking interessant. Flikker toch op. Na die zaterdagmiddag zijn ze niet meer op bezoek gewesst. Mooi man, familie.
Op dinsdag 1 april ging ik naar het ziekenhuis. De derde keer in een week tijd. Het was lang geleden dat ik zelf als patiënt in het ziekenhuis geweest was. Deze keer was ik alleen, een CT-scan stelt niet zoveel voor. Vrouwlief hoefde niet mee van me. Dat had ze wel gevraagd, maar ik had gezegd dat ze beter op haar werk kon blijven. Ik zou bellen als de scan achter de rug was. Ik meldde me bij de balie van Radiologie en mocht door naar de de wachtruimte rechts. Vorige week zat ik hier ook. Voor een echo. Deur dertien ging toen open.
Toen ik daar aankwam kwam er meteen een verpleegkundige met twee grote bekers met heldere vloeistof. Zij noemde het water. Ik had een half uurtje om die bekers leeg te drinken. Als ik naar het toilet moest, dan moest dat nu. Of na de scan. Ik begreep nu waarom ik een half uur vóór aanvang scan aanwezig moest zijn.
Het leegdrinken van die bekers met “waater” was geen probleem. Het was licht stroperig, daarom twijfelde of ik water aan het drinken was.
De CT was met contrastvloeistof en daarvoor moest er een infuus worden aangelegd. Gelukkig ging dat probleemloos. De verpleegkundige zei dat ik na deze scan ook langs bloedafname moest. “Na de scan laat ik het infuus zitten, dan gaat de bloedafname via het infuus.”
Blond, slim en lief.
De CT scan was zo gebeurd, het infuus werd vakkundig ingepakt voor transport naar een verdieping lager. Daar stonden 8 buisjes klaar. Kraantje van het infuus ging open, buisjes vol, infuus verwijderd. Doekje voor het bloeden, een kleurplaat en naar huis.