Einde 2008

E

December 2008. Het zou weer een gezellig maandje worden. Is december meestal, maar bezoekjes aan Oncologie breken de sleur. Maakt het wat spannender. Vooral een CT-scan in de planning waarvan we net vóór kerstmis de uitslag zouden krijgen. En die zou dan net het jaar kunnen maken of toch helemaal kunnen affikken, tot op de grond. Maar zo ver was het nog niet.

Eerst mijn “gewone” controle op Oncologie. Eerst een longfoto laten maken, of twee eigenlijk. Eentje van achter, en een van de zijkant. Op het moment dat ik dan van Röntgen 3 onderweg ben naar Oncologie staan de foto’s al in mijn digitale dossier en zijn de foto’s al bekeken door de oncoloog.

Het melden bij Oncologie was inmiddels ook aangepast aan de 21e eeuw. Niet meer bij de balie, maar bij binnenkomst bij een scanapparaat. Afsprakenkaart met barcode onder de laser, en dat klinkt als lezer, en dan komt er op het beeldscherm te staan “Uw aankomst is vastgelegd.” Oncologie en Hematologie is een gezamelijke afdeling, met dezelfde balie. Oncologie-patiënten hebben een rode kaart, die in een blauwe bak moet en Hematologie-patiënten hebben een blauwe kaart die in de rode bak moet…. Daarvan ontgaat mij nog steeds de logica. Dat die kaarten in de bak moeten heeft de maken met de vampiertjes die daar rond lopen. 6 buisjes vond ze genoeg deze keer.

Twee weken later, 16 december. Weer naar Nijmegen. Voor een CT-scan deze keer. Voor de CT-scan zelf was ik niet zo bang. Dat voelt wel lekker, die contrastvloeistof die ingespoten wordt via een infuus. Daar was ik iets banger voor, na de consternatie op de longafdeling, tijdje geleden. Want mijn aders waren nog steeds brak. Maar ik had geluk, en trof een verpleegkundige die meteen raak prikte en de naald mooi naar binnen duwde. Alsof je met een warm mes door een pakje roomboter snijdt. Nu hoeft zo’n infuusje ook geen dagen te zitten, zoals bij een chemo-kuur. Minuutje of 5 is genoeg, dus zo heel stevig zat die naald nou ook weer niet. De CT scan zelf ging ook goed. En dat heerlijk warme gevoel van de contrastvloeistof, alsof je een paar uur op een tropisch strand hebt gelegen. Palmbomen en wat “cuba libre” mag je er zelf bij bedenken. Na een week kreeg ik de uitslag op de poli, en uiteraard moest er toch weer een buisje of 3 ingeleverd worden. Want: “dat is gezellig”.

De oncoloog had goed nieuws, mijn kanker bleef weg, of ik bleef schoon. De remissie hield dus aan. Maar…(er is altijd een maar) “Er is wel een duodenumdivertikel ontdekt.”
-“Een wat…”
“Een duodenumdivertikel.” (drie keer woordwaarde).

“Een duodenumdivertikel.”

Dat heb ik haar nog een paar keer laten zeggen, en op laten schrijven. Klonk allemaal heel ernstig, en dat zou het ook kunnen worden. Bij mij zit dat vertikel op/aan/in/ de twaalfvingerige darm en dat komt (bijna) nooit voor. Een vertikel wel, maar niet daar. Meestal zitten die bij de dikke darm in de buurt. Na wat uitleg bleek het gewoon een soort van uitstulping te zijn, die op de volgende CT-scans wel goed in de gaten wordt gehouden. Agendapunt. Mijn twaalfvingerige darm heeft nu dus dertien vingertjes.

By Ton Jacobs